We reizen steeds vaker, maar ook verder. En wie ver vliegt, heeft meestal ook te maken met een jetlag. Je lichaam heeft in principe per uur tijdsverschil een dag nodig om zich aan te passen aan de nieuwe omstandigheden. Een jetlag kan je ritme dus flink verstoren, maar met juiste tips kom je er snel weer bovenop.
Wat is een jetlag?
Als je in een korte tijd over verschillende tijdszones reist kun je last krijgen van een jetlag. Je biologische klok raakt in de war, omdat je in een totaal ander ritme bent dan de omgeving waar je je bevindt. Zo kan het voor jou als dag aanvoelen, maar is het op de bestemming al avond. Om te voorkomen dat je zo min mogelijk last hebt van een jetlag, is er een aantal dingen die je kunt doen.
1. Keuze in de aankomsttijd
Kun je kiezen voor een aankomsttijd? Dan is het verstandig om te landen in het begin van de avond. Je zult waarschijnlijk kort daarna gaan slapen, waardoor je jezelf niet eindeloos wakker hoeft te houden. Na een eerste lange nacht kom je sneller in het nieuwe ritme. Als je juist vroeg aankomt ben je die dag waarschijnlijk niet zo veel meer waard. Je zult die dag eerst nog moeten ‘overleven’ voordat het bedtijd is. Eerder slapen dan de lokale bedtijd kan natuurlijk ook, maar dan houd je ook je jetlag in stand.
2. Voorbereiden op je jetlag
Voordat je aankomt kun je thuis alvast wennen aan de nieuwe tijd. Vlieg je richting het oosten? Slaap dan wat eerder, je verliest namelijk per tijdzone een uur. Gaat jouw reis juist richting het westen? Dan komen er extra uren bij. Je kunt dat beter wat later gaan slapen. Zo ben je al een beetje gewend aan de nieuwe omstandigheden.
3. Houd alvast rekening in het vliegtuig
Het is verstandig om het nieuwe slaapritme ook aan te houden wanneer je vliegt. Soms gaat dit lastiger omdat het in de lucht nog dag is. Een tip is om eerst een zonnebril op te zetten. Zo lijkt het alsof het schemert. Even later zet je een slaapmasker op. Je hersenen zullen melatonine gaan produceren, omdat ze denken dat het avond wordt. Zo val je makkelijker in slaap.
4. Géén powernap
Misschien lijkt een middagdutje een goed idee. Toch wordt dit sterk afgeraden. Je laadt wel even op, maar het helpt je biologische klok niet om te wennen. Zo wordt het veel lastiger om de nacht door te slapen, omdat je al een rustmoment hebt gepakt. Ga dus pas slapen wanneer het dáár bedtijd is. Het voelt misschien zwaar, maar de volgende dag heb je er profijt van.
5. Drink water!
Een van de belangrijke factoren dat een jetlag veroorzaakt is uitdroging. In het vliegtuig is de lucht veel droger door de airconditioning en omdat je hoog in de lucht bent. Drink onderweg dus voldoende water, dan voorkom je dat je uitdroogt. Let op met cafeïne- of alcoholhoudende dranken, deze drijven vocht sneller uit je lichaam. Hierdoor heb je nog meer vocht nodig.
6. Eten en drinken
Zorg dat je – het liefst al van tevoren – je voedingspatroon aanpast. Eet geen grote maaltijden voor of tijdens de vlucht. Kies voor kleinere hapjes. Ook doe je er goed aan geen cafeïne te nuttigen, dit kan je wakker houden als je eigenlijk moet gaan slapen. Neem pas weer een bakkie als je bent geland.
7. Daglicht
Om goed mee te komen in het nieuwe ritme is daglicht belangrijk. Als het donker blijft is de kans groter dat je je eigen slaap- en waakritme aanhoudt. Daglicht kan het verschil maken, het is een natuurlijk signaal om wakker te worden. Zorg dus dat je in de ochtend van de lokale tijd op gebruikelijke tijd opstaat en dat er daglicht binnenkomt.
8. Medicijngebruik
Vaak hoor je dat mensen slaappillen nemen. Deze zorgen er inderdaad voor dat je gaat slapen, maar je ritme brengen ze niet terug. Wel kunnen ze handig zijn als je minder makkelijk uit jezelf in slaap komt in het vliegtuig. Slik slaappillen niet zomaar en overleg eerst met de huisarts.
Vlieg je liever niet? Er zijn steeds meer opties om verre reizen te maken met de trein.
Bronnen: Trouw, ANWB, Corendon, Fit, National Geographic. Foto: Shutterstock.
Reacties
Wil jij iets delen over dit bericht? Maak gemakkelijk jouw account aan of login om te reageren.